Hoe de rechter er bij komt dat in ieder geval de ademhaling werd belemmerd is een raadsel.
Dr. Visser heeft klip en klaar gezegd dat hij voor verstikking noch voor verwurging noch voor levend begraven enig bewijs heeft gevonden. Er zaten geen verstikkingssporen op het lichaam en geen sporen van verwurging. In mond, neus, luchtwegen en longen zat geen korrel aarde of zand. Van levend begravend is dus geen sprake. Ieder spoor van geweld ontbrak. Dr. Visser verklaarde dat hij geen bloeduitstortingen had aangetroffen. Zowel de vitale als niet vitale lichaamsdelen waren onbeschadigd. De schedel was gaaf.